“Kom je spreken op Content Marketing World”

Hij overviel me. Eerst door die spontane hug. ‘Hé Cor, how are you doing’. Toen door het fijne kletsje.

schedule 18 mei 2016
bookmark_border Nieuws
create

Joe Pulizzi, de primus inter pares van contentmarketing, en de uitvinder van het begrip, was de grote trekker op het Congres Contentmarketing Fast Forward, dinsdag 17 mei.

Vooraf had ik gevraagd of ik hem kon spreken voor een whitepaper die ik wil gaan schrijven. Over contentmarketing en cultuurverandering. Hij had geen tijd, helaas. En ik had geen tijd naar het congres te komen. Omdat ik een training Contentmarketing en Storytelling mocht geven.

De borrel van het congres haalde ik gelukkig wel.

En daar trof ik Joe.

Hij vroeg wat ik had gedaan die middag.

‘Ik heb een groep marketeers en communicatiemedewerkers verteld dat storytelling wordt gekaapt door marketing. En dat het begrip daardoor steeds meer wordt uitgehold, erodeert. Terwijl het zo goed bruikbaar is voor branding, interne communicatie, veranderprocessen enzovoorts.’ Met een glimlach: ‘Marketeers ruïneren alles.’

Joe keek me geïnteresseerd aan en zei toen totaal onverwachts: ‘En wanneer kom je naar de States?’

‘Zeg het maar’, brutaalde ik, voordat ik er erg in had, ‘ik wacht op de uitnodiging.’

Content Marketing World

‘Weet je’, zei hij toen: ‘Ik vind dat je volgend jaar op ons congres Content Marketing World moet spreken. Herinner me er in november even aan, en dan gaan we dat regelen.’

Mijn mond zakte bijna open, en dat gebeurt niet vaak.

Natuurlijk. Ik had eerder wat digitaal met hem geheen-en-weerd. Gesproken met zijn CMI-maatje Robert Rose ook die het voorwoord had geschreven van mijn boek Contentmarketing, en ja, Lee Odden en Andrew Dawis, evenzo geen onbekenden in het wereldje, had ik geïnterviewd, maar wacht nou eens even, werd ik hier tussen de borrelnootjes door zomaar even uitgenodigd om te spreken op Content Marketing World, het grootste Contentmarketing Congres ter wereld, nog wel door de contentmarketing god himself, wacht eens even.

Maar Joe was al weg, heel even maar, gelukkig, om even daarna terug te komen. Voor nog een knuffel, want hij moest gaan. ‘Bekaf ben ik’, vertelde hij, ‘ik heb 30 uur niet geslapen en moet morgen naar Oslo.’ Met serieuze blik: ‘Alsjeblieft, herinner me in november aan onze afspraak.’

‘I will’, antwoordde ik, alsof hij me juist ten huwelijk had gevraag, ‘I will.’

En daar ging hij, naar zijn bed. En daar ging ik, naar de bar. Want van dergelijke uitnodigingen, daar word je dorstig van, heel dorstig. En vrolijk ook.