Manon Uphoff: “Faalverhalen zijn goede verhalen.”

schedule 29 okt 2018
bookmark_border Storytelling
create

Waarom zijn mensen elkaar verhalen gaan vertellen. Waar was dat voor nodig. Gek toch, zegt schrijfster Manon Uphoff. Die oermensen hadden het toch prima naar de zin met elkaar. “Ze jaagden wat, ze aten wat, ze vrijden wat en deden meer van dat soort primaire behoeften, en ineens gingen ze pauzeren, elkaar verhalen vertellen en naar elkaar luisteren: ‘Pas op voor die blauwe besjes daar, die kun je beter niet eten. Een oom van mij is na het eten ervan overleden’. En: ‘Kijk uit als je in de zee gaat vissen. Je ziet ze niet, maar daarin zwemmen gevaarlijke zeeslangen. Die hebben ooit een neef van mij gedood terwijl hij een visnet uit het water haalde’. Dat is reden waarom we elkaar verhalen zijn gaan vertellen. Omdat we willen leven. Omdat we willen overleven’.

Ik zit met Manon Uphoff op het Ledig Erf in Utrecht. Ze woont vlakbij het plein, een van de leukste pitsstops van de stad. We spreken elkaar omdat zij een van de sprekers is op het congres Contentmarketing & Storytelling. Over verhalen kletsen we. Over faalverhalen die juist succesverhalen zijn. “We zijn gek op verhalen over menselijk falen”, zegt Uphoff. “Columnisten, conferenciers, tragedies, je kunt er elke avond theaters en televisies mee vullen. Kijk naar die populaire ‘Even Apeldoorn’-campagnes. Ook daar gaat steeds iets mis.”

Schrijvers weten: boeken over succes zijn saai. Jongen en meisje zien elkaar, worden hopeloos verliefd en besluiten direct te gaan trouwen om voor altijd gelukkig te zijn. Vreselijk, niet leuk. Wie zou een boek met zo’n verhaal lezen. Wie zou naar zo’n film gaan kijken. Niemand toch? Een ander script: een ondernemer heeft een idee, een half jaar later is hij miljonair. Ook saai en niet leuk. Zo’n verhaal wordt pas leuk als er iets fout gaat. Natuurlijk mogen de jongen en het meisje elkaar krijgen, en mag de ondernemer slagen, maar kom op, dat gaat niet vanzelf. Daarvoor moeten ze eerst flink wat overwinnen.

Uphoff: “Een mislukking kun je aanwijzen. Kan een of meerdere redenen hebben, maar is concreter dan succes. Daarom zijn verhalen over mislukkingen interessanter en leerzamer. Je kunt leren van andermans fouten. Niet van andermans succes. Want dat is ongrijpbaar.”

Faalverhalen passen ook in onze verhaalverteltraditie. We vertellen elkaar verhalen om te overleven. Om te leren van de fouten van anderen. Besjes die je wel mag eten, oceanen waar geen giftige zeeslangen zwemmen, nee, die raken ons niet, dat is gewoon. Maar een verhaal over de uitglijders en andere verkeerde beslissingen van een ondernemer, kijk, daar kan je als lezer wat mee. Daar kunnen andere ondernemers van leren. Dat zijn overlevingslessen.

“Faalverhalen zijn goede verhalen. Het is een misverstand te denken dat mensen van succesverhalen houden.”

Een ander misverstand over verhalen is dat die kort moeten zijn. Uphoff: “Hoe kort ook, als een verhaal daardoor abstract blijft, is en blijft dat een slecht verhaal. Zoals ook een lang verhaal saai is en blijft als dat slecht geschreven is.” De lengte of duur van een verhaal is irrelevant. Het gaat om de kwaliteit. Een goed verhaal is een boek dat je niet kunt wegleggen. Een serie die je direct wilt uitkijken. Ook al moet je ervoor de hele nacht op blijven.

Een verhaal hoeft ook niet dicht bij je publiek te staan. Aan te sluiten bij hun beleving, tipt Uphoff. “Trek je publiek out of the box. Waarom alleen verhalen vertellen die mensen verwachten.” Wat dat betreft, is zij zelf een goed voorbeeld. Zij heeft helemaal niks met auto’s. Heeft geen rijbewijs ook. Toch was zij een grote fan van Top Gear. Omdat het zo’n goed programma was. “Het taalgebruik, de aanpak, de humor, de beelden, de scherpte, de presentatoren, dan kun je overal goede verhalen over maken.”

We praten over Utrecht. Over video en film (“ik ben bezig met een speelfilm”), over authenticiteit (“Bedrijven doen zo hun best echt en authentiek te zijn dat geen mens het nog geloofd”) en over reclame. “Ik heb niks tegen reclame. Maar dan moet je niet doen alsof je een echt verhaal vertelt. Dat hoort niet. Het is reclame, punt. Daarom zit je filmpje ook in een reclameblok.” Over zelfvergroting praten we. Over ceo’s die verhalen zo opblazen dat ze erin zelf gaan geloven. “Ze gedragen zich als Halbe Zijlstra. Dat ze echt denken dat ze op de datsja van Poetin zijn geweest, terwijl dat helemaal niet waar is.”

Authenticiteit, reclame en zelfvergroting. Een bank die beweert dat ze de voedselproblematiek wereldwijd gaan oplossen, een biermerk dat zich opwerpt als een spreekbuis voor tolerantie. “Een bank is een bank, bier is bier, doe even normaal.” Tenzij die bank of dat biermerk al jarenlang initiatieven ontplooit om de voedselproblematiek op te lossen en mensen toleranter te maken. Als je dat sociale gen dus echt in je DNA hebt zitten. Dan ben je geloofwaardig. Anders is het reclame. “Laat die filmpjes dan zien binnen een Ster-blok.”

Iedereen weet dat grafieken, schema’s, tabellen en statistieken niet bepaald de beste middelen zijn om mensen te overtuigen. Om mensen mee te nemen in je verhaal. Tal van wetenschappers hebben daar stapels naslagwerken over geschreven. Maar het is een misvatting te denken, dat een verhaal louter draait om emotie, vertelt Uphoff. Dat ziet zij niettemin meer en meer om zich heen. Zij verwijst naar die A.L.S.-posters met beeltenissen van mensen die dood zijn. “Wat moet ik daar nou mee. Die man is dood. Wat wil die organisatie nou wat ik ga doen. Moet ik mij slecht voelen. Omdat ik niet heb geholpen zijn dood te voorkomen.”

Zij ziet dat steeds vaker. Vooral in video’s. “Die lijken soms louter nog te draaien om het opwekken van emoties. Zonder dat die zijn verbonden aan een verhaal.”

Zij pakt haar telefoon en vindt online een foto van een aapje met grote verschrikte ogen. Dat kijkt zo bevreesd omdat een ander veel groter beest zijn eten afpikt. Uphoff: “Dan ook krijgt die angst in zijn ogen betekenis. Dan ook kun je met hem meeleven. Omdat je zijn angst voelt, omdat je met het aapje meeleeft. In veel video’s is die context weg. Zie je enkel een angstig aapje. Je hebt geen idee waar hij zo bang voor is.”

Uphoff: “Het gaat in veel verhalen niet om de inhoud, maar louter om de emotie. Een emotie als scheet. Je kunt emotie evenwel niet loskoppelen. Die is altijd een gevolg van iets. En staat in verband met een reactie.”

Margaret Atwood zei dat mooi, vertelt zij. ‘Een verhaal is niet louter een feit noch louter emotie. Het gaat om een samensmelting van die twee dingen. Mensen zijn geen denkmachines, geen gil machines, maar denk-voel machines, denk-voel entiteiten. Zonder emoties kunnen we geen beslissingen nemen. Als je maar blijft logisch redenen, kom je tot niets.”

Abonneer je nu op mijn Nieuwsbrief Cor’s Deli. Voor inspiratie, informatie en trends. En het allerlaatste nieuws over storytelling en contentmarketing